De ‘Hawkeye van het turnen’ wordt de Smart Rings Jurytool genoemd. Afgelopen Europees Kampioenschap in Glasgow was de ontwikkeling van InnoSportLab ’s Hertogenbosch, Janssen-Fritsen en Europese gymnastiekunie UEG er al weer voor de vijfde keer bij en is inmiddels niet meer weg te denken bij het jureren van het onderdeel ringen.
Twee jaar geleden won de Smart Rings Toolbox de Sportinnovator Award in de categorie einde innovatieketen. Het technologisch systeem bepaalt objectiever of een turnhouding lang genoeg is aangehouden. Dit jaar in Glasgow nam de Smart Rings een nóg bepalendere rol in bij de beoordelingen. Voor het eerst werd er niet meer handmatig meegeteld door een jurylid. Labmanager en bewegingswetenschapper Maurice Aarts: ‘Dit jaar was het voor het eerst zo dat de houding door twee onafhankelijke systemen gemeten werd. Twee juryleden bekeken apart van elkaar die metingen en maakten dat op één interface zichtbaar voor het juryhoofd.’ Als beide metingen twee seconden of langer aangaven, was er geen probleem. Indien één of twee metingen onder de twee seconden uitkwamen, kon het juryhoofd middels een playbackfunctie de turnhouding snel terugkijken.
Het is opnieuw een stap vooruit in het verder objectiveren van ringoefeningen. Aarts: ‘Bij het vorige EK was er nog één persoon aan het meetellen die vervolgens in overleg ging met de persoon achter het technologische Smart Rings systeem. Daar kwam vervolgens een finaal oordeel uit. Dat kan je niet geheel objectief noemen. Dit jaar was onze software zo verbeterd dat we de meting door twee onafhankelijke systemen lieten uitvoeren.’
Voor een mens blijft het een schier onmogelijke taak om tot op de tiende van een seconde nauwkeurig mee te tellen, en bovendien nog op zeven andere zaken in de turnoefening te moeten letten. Aarts: ’Eigenlijk kunnen we concluderen dat dat heel vaak fout ging. Uit analyses van de resultaten van de afgelopen vier EK’s blijkt dat één straf voor een te korte houding al het verschil betekent tussen de eerste en de zesde, zevende plek. Kijkend naar het EK in Sofia van 2014 zagen we dat in de finale van het ringenturnen twaalf houdingsfouten ten onrechte niet zijn toegekend. Onvoorstelbaar. Dat maakte de uitslag van die finale meer een loterij dan een juiste afspiegeling van de echte krachtverhoudingen.’
De Smart Rings zorgen dus voor een eerlijkere beoordeling, maar is iedereen in de turnwereld blij met de ontwikkeling? Aarts: ‘Iedereen wil natuurlijk een eerlijkere competitie en een terechte winnaar. De turnsport zelf hecht daar veel belang aan. Zeker omdat ze in het verleden van het IOC te horen hebben gekregen dat het jurysysteem moest worden aangepast om de sport olympisch te houden. Maar kort door de bocht zijn de coaches van de betere turners blijer met het systeem dan de coaches van de minder sterke turners. Voor de mindere turners kon de subjectieve beoordeling nog wel eens gunstig uitpakken. Met de Smart Rings is dat niet meer mogelijk.’
Trainen met de Smart Rings geeft de atleten ook een evident voordeel tijdens de wedstrijden. Vorig jaar trainde de Nederlandse ploeg twee keer met de Smart Rings van Janssen-Fritsen en het lab. Het resulteerde in geen enkele aftrek voor houdingstijd op het EK van 2017 in Cluj-Napoca, vertelt Aarts. ‘Daarom willen we dit systeem ook in een commercieel product gaan aanbieden. Voor andere landen en gymnastiekcentra is het interessant. En als we willen dat het speelveld voor iedereen hetzelfde is, moet elk land de mogelijkheid hebben om over het systeem te beschikken. We hopen begin 2019 de markt op te gaan.’
In de tussentijd zit InnoSportLab ’s Hertogenbosch niet stil en is het op de achtergrond druk bezig met nieuwe innovaties voor de turnwereld. Aarts kan er alleen nog niet te veel over kwijt. ‘Momenteel werken we aan een apparaat, een nieuwe versie van de kabelspanningsmeter, waarmee elke turner het toestel optimaal voor hem kan instellen. Epke Zonderland heeft een heel specifieke spanning op zijn rek. Hij stopt voor de vluchtelementen veel energie in de rekstok, dus het is belangrijk dat hij die zo optimaal mogelijk terugkrijgt.’
Wat denkt Aarts, gaan turnoefeningen ooit helemaal objectief beoordeeld worden? ‘Het zou in de toekomst kunnen. Het is supercomplex natuurlijk, maar momenteel is de internationale turnwereld wel bezig met een groot prestigeproject. De voorzitter van de internationale turnbond, de FIG, is een Japanner en hij wil niets liever dan op de Olympische Spelen van 2020 in zijn land een compleet objectief jureringssysteem presenteren. Zo snel zal het mijns inziens niet gaan, maar ik denk wel dat we in 2020 van het systeem gebruik kunnen maken zoals de VAR bij voetbal. Dus de menselijke jurering blijft nog even, maar het Japanse systeem kan mogelijk worden ingezet om terug te kijken bij protesten.’