Het zou zomaar kunnen dat voetbalwedstrijden die in de toekomst op kunstgras worden afgewerkt, plaats gaan vinden op een veld op basis van mais. Ingenieursbureaus Sweco en Anteq Sort sloegen de handen ineen met kunstgrasproducenten TenCate en Edelgrass en polymeerproducent Senbis en kwamen tot een afbreekbare biokunstgrasmat. Van mais dus.
Van de huidige kunstgrasmatten is nadat ze zijn afgeschreven niets meer te maken dan bermpaaltjes die je langs de snelweg kunt zien. Zo ligt er in Nederland een enorme afvalberg van kunstgras, dat nergens voor te gebruiken is. Dat kon anders, bedacht ook Jochem Knol, die namens Sweco een van de projectleiders is. “Als grondstof voor dit kunstgras zetten we biopolymeren in, bijvoorbeeld gemaakt uit mais. Dit is het ei van Columbus, want in tegenstelling tot de huidige generatie grasmatten, is deze in de toekomst composteerbaar. Het compost kan daarna ingezet worden in de landbouw of plantsoenen.”
In opdracht van het ministerie van VWS heeft de Rijksdienst Ondernemend Nederland geld beschikbaar gesteld voor onderzoek naar kunstgrasmatten, weet de Telegraaf. Een team van 10 man is nu al een jaar bezig met het ‘maisveld’ en dat gaat goed. Maar prijzig is het wel. “De verwachten ontwikkelingskosten van het nieuwe bio-kunstgras bedroegen tot nu toe €1 miljoen, waarvan het rijk circa €600.000 voor haar rekening nam.”
‘Die wereld ligt straks voor ons open’
Ook kunstvezelproducent TenCate is vertegenwoordigd in het consortium. Het bedrijf boert momenteel erg goed aan de huidige, niet te hergebruiken, kunstgrasmatten. Maar dat wil niet zeggen dat er niet naar de toekomst wordt gekeken. ‘We zijn blij dat deze marktpartijen meedoen aan het consortium. Deze wereld ligt straks voor ons open”, aldus Knol. Die daar aan toevoegt dat het de bedoeling is dat in 2021 de eerste proefmat van deze samenstelling in gebruik wordt genomen.
Winnaar van de SBIR
Sweco is geen onbekende van Sportinnovator. Het bedrijf was namelijk in 2019 winnaar van de Small Business Innovation Research, ‘Milieuvriendelijke sportvelden’. Totaalbudget van deze eerste fase van de SBIR, het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek, is 500.000 euro. Voor fase 2 is daarna 2.300.000 euro beschikbaar.
De winnende innovaties richtten zich op de uitdagingen voor sportverenigingen met betrekking tot duurzaamheid en milieu. Deze innovaties maken het makkelijker voor sportverenigingen om hun sportvelden te recyclen en te beheren zonder chemische bestrijdingsmiddelen te gebruiken. Meer daarover lezen? Klik dan hier.