Waarom meetrainen niet-sporters wél in beweging moet krijgen

‘Een kwart van de volwassen Nederlanders sport niet, maar wil dat wel. Een grote maatschappelijke uitdaging’, vertelt Fokkema. ‘We zijn nu vijf jaar bezig om een manier te vinden om mensen te laten sporten. Aanvankelijk geloofden we sterk in het platform, maar na een pilot in de gemeente Utrechtse Heuvelrug bleek het niet te werken. Dit soort platforms is er al, maar in de praktijk wordt  er weinig gebruik van gemaakt. Daarnaast bieden ze voor niet-sporters eigenlijk geen toegankelijke manier om het sporten (weer) op te pakken. Mede hierdoor bleken gemeentes er niet happig op om in ons project te investeren en het te promoten, terwijl dat wel nodig was om de kosten te dragen.’

Het erbij laten zitten, deden Fokkema en Voûte niet. In de gesprekken met gemeentes en sportverenigingen ontstond een nieuw plan. Fokkema: ‘Gemeenten weten niet goed hoe je mensen stimuleert om te sporten. Ze bieden vaak een overzicht van aanwezige verenigingen en daar houdt het dan bij op. Wie wél in staat zijn om anderen te enthousiasmeren, zijn de sporters zelf. Dus wat als zij de doelgroep vormen? Kortom: dat we ons richten op sporters en hen te prikkelen om vrienden, collega’s en anderen uit hun netwerk te laten meetrainen?

De software is er al, nu de verenigingen nog

Vol overtuiging lieten Voûte en Fokkema al nieuwe software bouwen. ‘Misschien hadden we er verstandig aan gedaan om eerst in gesprek te gaan met de doelgroep en sportclubs, maar we zijn er zo van overtuigd dat dit werkt dat we het proces hebben omgekeerd. Wel maken we onderdeel uit van een startup-programma vanuit UtrechtInc en Traiectum: het samenwerkingsverband van Utrechtse sportinitiatieven en –verenigingen. Niet alleen leren we daar meer over ondernemen in de sport, ook is het plan om binnenkort onder de aangesloten sportclubs een pilot te starten.’

Een van de cruciale elementen is volgens Fokkema het antwoord op de vraag of sportverenigingen er überhaupt voor openstaan om nieuwkomers te laten meetrainen. ‘Bij commerciële sporten als bootcamp, crossfit en pilates ligt het voor de hand. Sterker nog, ik geloof dat dat een van de redenen is waarom dit soort sporten de laatste jaren populairder zijn geworden. Verenigingen daarentegen zien hun ledenaantallen afnemen. Zomaar bij een volleybal-, atletiek- of roeitraining aansluiten, is er vaak niet bij.’

Toch ziet Fokkema juist ook kansen voor tennis-, voetbal-, hockeyverenigingen en andere sporten die onder een bond vallen. ‘Bij veel teams is de opkomst voor een training wisselend of steevast laag,a horen we. Voor die momenten biedt meetrainen een uitkomst. Ook hoor je in de media dat sportverenigingen gebukt gaan onder financiële krapte en te weinig vrijwilligers tot hun beschikking hebben. Door aan te sluiten op bestaande trainingen kunnen clubs extra inkomsten generen zonder extra mensen te moeten inzetten. We gaan graag met zoveel mogelijk sportverenigingen is in gesprek om deze aannames te toetsen en te valideren of ze meetrainen.nl willen gebruiken.’

Vooralsnog houden Fokkema en Voûte zelf niets over aan Sport-Planner. ‘Dat moet op enig moment natuurlijk wel gebeuren. De bedoeling is dat we courtage ontvangen op de inkomsten die verenigingen halen uit het meetrainen, naast een paar tientjes per jaar aan vaste kosten voor het gebruik maken van het platform. Tegelijkertijd moet deelname voor de verenigingen snel iets opleveren. Voordat we er echt iets aan overhouden, is het dus nodig dat een substantieel aantal verenigingen van de partij is.’